Toekomstdromen en -nachtmerries
Het geologische tijdperk van de mens, het Antropoceen, wordt meestal gezien als een tijd van komende rampen en chaos. In het afgelopen decennium zijn er talloze films geweest die een ‘post-apocalyptische’ wereld verbeelden. Hoewel deze films vaak niet direct (alleen) over klimaatverandering gaan, tonen ze wat voor angsten en hoop wij hebben over de toekomst die komt.
Ik analyseer twee films, die verschillende manieren laten zien van naar de toekomst kijken. Light of my Life (2019) is een film van Casey Affleck waarin de Staat vrijwel volledig verdwenen is en mensen elkaar naar het leven staan. Deze film pleit impliciet voor het geweldsmonopolie van de Staat om de orde tussen mensen te bewaken. Hiertegenover staat de film Zombieland: Double Tap van Ruben Fleischer, die het wegvallen van de Staatsorde juist als een verademing afbeeldt. De Staat dient zich niet te bemoeien met haar burgers.
Wat ik in deze post wil bespreken is dat de manier waarop de toekomst wordt afgebeeld altijd ook een politieke boodschap over het heden bevat: dit is relevant wanneer wij nadenken over hoe wij moeten reageren op de tijd van het Antropoceen.
Light of my Life
In Light of my Life dwaalt het jonge meisje Rag (Anna Pniowsky) met haar vader (Casey Affleck) door een onveilige wereld waarin vrijwel alle vrouwen gestorven zijn tijdens een mysterieuze epidemie. Rag loopt daarmee groot gevaar in de handen te vallen van gevaarlijke mannen, wat haar vader probeert te voorkomen door haar te vermommen als jongetje.
Rags geheim raakt echter keer op keer bekend; vader en dochter slaan op een vlucht zonder einde door de bevroren landschappen van een winterse wildernis en langs de randen van wat er nog over is van de beschaving. Vernielde bibliotheken. Verlaten boerderijen.
De constante dreiging van geweld tegen de kwetsbare Rag maakt van Light of my Life een tragisch verhaal. De vlucht zal nooit kunnen ophouden. Alle mensen zijn verdacht, ieder teken van leven is een risico voor de twee. Zonder politie, zonder bescherming van de Staat is de mens de mens een wolf.
Dit beeld doet denken aan de filosofie van Thomas Hobbes, die beschreef hoe de mens vóór het sluiten van een sociaal contract in de natuurtoestand zou hebben geleefd. In deze natuurtoestand, zonder overheid en wetten, zouden mensen elkaar naar het leven staan in een oorlog van iedereen tegen iedereen.
Light of my Life is een waarschuwing voor de mogelijkheid om terug te storten in deze toestand. De film beeldt de toekomst af als een schrikbeeld, waarin het grootste risico niet eens de ziekte is die zoveel vrouwen doodde, maar juist de reactie van de mensen hierop. Als er geen centraal gezag is, dan is iedereen overgeleverd aan zelfbescherming.
Het punt is dat deze film daarmee ook iets zegt over het heden. Door de toekomst op deze manier te laten zien, pleit de film voor een sterke overheid. Zonder soevereine Staat boven ons is de mens een beest.
Zombieland
Een totaal ander beeld komen we tegen in de film Zombieland: Double Tap, het vervolg op het eerste deel van tien jaar geleden. Double Tap is in wezen een pleidooi tegen de Staat: mensen zijn pas écht vrij zonder de bemoeienis van begrenzende instituten.
Vier helden zoeken naar manieren om te leven in een wereld die overspoeld is met brein-hongerige zombies. Maar dan over zombies, gaat Zombieland: Double Tap over volwassenwording als het vinden van een balans tussen autonomie en trouw aan je vrienden.
Wichita (Emma Stone) en Little Rock (Abigail Breslin) laten hun mannelijke lotgenoten in de steek, om te bewijzen dat ze op eigen benen kunnen staan. De mannen, Colombus (Jesse Eisenberg) en Tallahassee (Woody Harrelson), gaan hen halsoverkop achterna in de patriachale vooronderstelling dat hun vriendinnen niet veilig zijn zonder hun bescherming. Onderweg komen Colombus en Tallahassee voor de vraag te staan of zij zich willen voegen naar de veiligheid die een gemeenschap of familie biedt. Leeft de mens het beste in een samenleving of alleen?
Zombieland weet in ieder geval guitig een lans te breken voor de autonomie. Op een dwaze roadtrip door de ruïnes van een samenleving houden de helden met niets of niemand rekening. Ze plunderen verlaten supermarkten en houden huis tijdens een wilde nacht in het op Elvis geïnspireerde Heartbreak Hotel. Inclusief slow-motion beelden van ontploffende monster trucks.
Opvallend is dat Zombieland de toekomst zonder Staat daarmee overwegend positief neerzet. Niet voor niets begint de film met een scène waarin de helden hun intrek nemen in het Witte Huis: de rijkdom van de elite ligt zonder Staat eindelijk ook voor het oprapen voor de gewone mens. Ongelijkheid is een mythe geworden.
Zombieland keert zich tegen het beeld van de mens van de eerder genoemde Hobbes. Waar Hobbes stelde dat het voor samenleven nodig is dat mensen hun natuurrecht op geweld afstaan aan de soeverein, viert Zombieland een wereld waarin iedereen zijn eigen mannetje staat. De natuurtoestand is geweldig.
Met enig dedain wordt dan ook een hippiegemeenschap afgekeurd die zo naïef is om van haar deelnemers te vragen hun wapens in te leveren. Wie levert er nou zo gemakkelijk zijn eigen vrijheid in? Het mag niet verbazen dat deze hippies uiteindelijk door de rednecks gered moeten worden.
De politieke boodschap van Zombieland is helder: het wegvallen van de Staat na een ‘apocalpyse’ is een verademing en bevrijding. Mensen zijn niet inherent slecht, maar moeten hun eigen gang kunnen gaan. Op deze manier is het toekomstbeeld van Zombieland een kritiek op de samenleving zoals deze nu is.
Conclusies
De twee films laten andere manieren van nadenken over de toekomst zien, die gegrond zijn in verschillende politieke mensbeelden.
Als je in de mens gelooft, dan is Zombieland een heerlijke verkenning van wat er mogelijk is zonder bemoeienis van de politie. Als je wantrouwender bent, dan zal de dystopie van Light of my Life dichter bij je verwachtingen van een toekomst zonder overheid liggen.
Deze films spelen in op vooroordelen die mensen hebben, maar door de kracht van hun verhalen kunnen ze ook nieuwe vooroordelen scheppen. Het is aan de kijker om hiervan bewust te zijn en zich niet blind over te leveren aan de politieke voorkeuren van de filmmakers.
Het belangrijkste punt wat ik wilde maken is dat het verbeelden van de toekomst altijd politiek is. Hoewel de wetenschap kan laten zien wat er met de aarde staat te gebeuren als wij zo door gaan, is het aan de politiek om ons te gidsen naar de ene of de andere reactie.
Post-apocalyptische films zijn verkenningen van politieke denkbeelden, die daarmee vaak meer zeggen over het heden van de kijker, dan de afgebeelde toekomst.